Juan Gris: het derde wiel aan de wagen van het kubisme


Juan Gris werd geboren op 23 maart 1887 te Madrid, onder de naam José Victoriano González-Pérez. Hij kwam oorspronkelijk uit een welgestelde familie, die met de jaren meer en meer in economische problemen kwam. Zijn studies deed hij aan de Escuela de Artes y Oficios te Madrid en later, tussen 1904 en 1906 kreeg hij les in de studio van de schilder José Moreno Carbonero. Al vroeg werkte hij als illustrator voor tijdschriften als Blanco y Negro en Madrid Cómico, waarmee hij echter weinig geld verdiende

In 1906 vertrok Juan Gris naar Parijs om de militaire dienst te ontlopen. Daar woonde hij enige tijd op Montmartre in een ruimte zonder badkamer en leerde hij Pablo Picasso en Georges Braque kennen. Aanvankelijk illustreerde hij voor tijdschriften als L'Assiette au Beurre en Charivari. Vanaf 1910-11 begon hij al min of meer in een geometrische stijl te schilderen, maar pas in 1912 was er echt sprake van 'kubisme'. In dat jaar exposeerde hij in de Salón de los Independientes te Parijs zijn schilderij Hommage a Picasso.

Nadat hij een exclusief contract ondertekende met de handelaar Henry Kahnweiler, kwam zijn economische situatie wat in verbetering. Echter, in 1914 wordt vanwege het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog de galerie van Kahnweiler geconfisqueerd, waarna de eigenaar moest uitwijken.

Tijdens die periode bood de schrijfster en kunstmecenas Gertrude Stein aan om werk van hem te kopen, wat Gris vanwege zijn contract met de uitgeweken Kahnweiler niet kon doen. Uiteindelijk kreeg hij permissie om tijdelijk een contract met een andere handelaar te tekenen totdat Kahnweiler terug zou keren naar Parijs.

In 1915 reisde Juan Gris met Picasso naar Céret, waar hij de collagetechniek ontwikkelde. Tussen 1922 en 1924 werkte hij behalve aan zijn eigen werk ook aan scènes voor twee ballets van Sergei Diaghilev,
Les tentations de la Bergère en La colombe. Na 1925 begon hij vooral te werken in gouache en aquarel en maakte hij tevens illustraties.

In de jaren twintig ging de gezondheid van Juan Gris helaas snel achteruit totdat hij op 11 mei 1927 in Boulogne-sur-Seine zou sterven. Hierdoor is hij altijd het derde wiel aan de wagen van het kubisme gebleven, achter de meer bekende Pablo Picasso en Georg Braque. Intussen is zijn werk te zien in de belangrijkste musea van de wereld. In zijn geboorteland is hij echter nogal slecht vertegenwoordigd, o.a. in de kunstcollectie van
Telefónica, de grootste telefoonmaatschappij van Spanje.